Op 10 mei ging de CGPA Woensdrecht met 61 deelnemers naar Bronbeek. Met vertraging door een verkeersongeluk, kwamen wij een half uur te laat aan. De koffie met spekkoek in de “Kumpulan” bij aankomst was in ieder geval een mooi begin van de dag.
Al snel werden we van de stoel gehaald om de film “De geuren van weleer” in het museum te bekijken. De filmzaal had een beperkte capaciteit van maximaal 45 personen en we waren met 61. Niet erg, vrijheid blijheid, het was prachtig weer en sommigen verkozen om alvast het museum te bezoeken of in het prachtig aangelegde park de monumenten te bewonderen. De film en het museum geven een goed beeld hoe de bewoners hier leven. Deze zorginstelling kan zich meten met iedere instelling in de burgermaatschappij.
In "Bronbeek", of zoals het nu heet het "Koninklijk Tehuis voor Oud-Militairen", leeft nog sterk de sfeer van het koloniaal verleden uit de tijd dat Indonesië nog Nederlands Indië was. In het museum staan nog vele prachtige stukken uit die tijd. Het museum heeft een mooie verzameling. Wat erg aanspraak waren de mooie bronzen kannonen die in de voormalige kegel- en schietbaan waren opgesteld. Het is als in alle musea, het laat zich moeilijk beschrijven. Je moet er geweest zijn om de sfeer te proeven.
Het beoordelen van de geschiedenis van Nederland in Nederlands Indië is niet eenvoudig, je kan er vanuit verschillende gezichtspunten naar kijken. Het afscheid deed in ieder geval aan beide kanten zeer, maar was in de dekolonisatiefase die na de Tweede Wereldoorlog plaatsvond, begrijpelijk en onvermijdelijk. Een ding staat als een paal boven het Nederlandse water, wie ooit in ons oude "Nederlands Indië" is geweest kijkt daar met weemoed op terug en sluit, ondanks alles, de cultuur en het land in het hart.
Op het landgoed "Bronbeek", dat in 1859 door Koning Willem III beschikbaar werd gesteld , werd in 1863 het "Koninklijk Militair Invalidehuis Bronbeek" gesticht. Sinds die tijd hebben ongeveer 6000 oud-militairen (geen officieren) hun levensavond hier doorgebracht. In de period 1987-1997 veranderde de naam in het “Koninklijk Tehuis voor Oud-Militairen en Museum Bronbeek”. Het is een tehuis met alle mogelijke voorzieningen en een onderdeel van Defensie. Je krijgt dat pas goed in de gaten als om 12.15 uur voor het gezamelijke middagmaal wordt opgeroepen. Het deed ons sterk denken aan onze tijd in dienst toen er onder het straffe toezicht van de mess-president de gezamelijk (gratis) broodmaaltijd werd genuttigd.
Om 13:00 waren we weer in de “Kumpulan” voor een aperatief en een heerlijke rijstmaaltijd. Tien minuten eerder dan in het programma stond vertrok de bus. Het stond in de opdracht van de chauffeur en er viel niet aan te ontkomen. Je verwacht het niet, maar zo'n 10 minuten kan tot dramatische gevolgen leiden.
Ondanks de mededeling aan de rijsttafel, werd ons vroegtijdig vertrek door twee deelnemers niet opgemerkt. Ze gingen wel naar de plek van de bus, maar die was al vertrokken. Het blijkt nu dat het "kijk-voor-je-en naast-je-of- je-iemand-mist"-systeem in een dubbeldeks bus niet werkt. De verticale dimensie (boven en onder) in zo'n vervoersmiddel wordt al snel over het hoofd gezien en op de vraag of iedereen aanwezig is, biedt een volmondige "JA!!!" na een maaltijd met een glaasje, geen volstrekte zekerheid. We waren er dus twee kwijt, zo bleek onderweg. We hebben geleerd. Inmiddels is de vertrekprocedure aangepast en kan dit niet meer gebeuren. Ondanks deze vervelende gebeurtenis kunnen we terugkijken op een geslaagde dag.